Zomaar op een lange herfstdag even voor een babbel naar de buurman. Ik weet dat hij altijd op het stukje land bezig is. Maar nu is er niets meer te doen op het land. Alles is klaar voor het volgende seizoen. Hier heeft hij toch al zo lang veel plezier aan. Werken is er voor hem niet meer bij, hij is al jaren met pensioen. Gewoon even een praatje met hem is toch altijd wel leuk, leuke verhalen, over vroeger maar ook van nu. Zomers staan we zo na het werk nog wel eens aan het hekje van het land.
Wat hem verbaasd, de nieuwe kijk op deze tijd. Alles moet vlug. En niets heeft nog kwaliteit. Gemaakt voor de garantie periode is wat hij altijd zegt. Ik merk in zijn humor altijd wel een scherpe kanttekening hierover. Een kop koffie staat altijd klaar. Dus ook nu een kopje koffie. Niet uit een machine maar gewoon gezet met heet water. Zo ook nu laat hij weer zien hoe lang zijn fluitketel nu al mee gaat. Deze is al 40 jaar oud en nog als nieuw. Kun je niet zeggen van een koffiezetapparaat, komt er dan snel achter aan.
Zoals altijd kijk ik even stiekem rond in de keuken. De ronde keukentafel een hanglamp erboven gemaakt van bruin stof en pitriet, zo één die je gemakkelijk op en neer kan schuiven. Een aanrecht dat nog van graniet gemaakt is en waarvan de kastjes geschilderd zijn met paneel deurtjes. Deze keuken is niet groot de tafel staat precies in het midden met houten stoelen er omheen. Er is geen stoel hetzelfde. Aan de andere kant van de keuken een ook weer kasten die geschilderd zijn met daarin dezelfde paneeldeuren. Er staat ook nog eens van alles op de kasten, maar dat zijn over het algemeen potten en bussen waar weer etenswaren in zitten. Sommige staan er al heel lang.
Hij heeft wel een voorkamer, met een bankstel en een set mooie fauteuils. Maar ik heb hem daar nog nooit zien zitten. Stilzitten dat kan hij niet. Een tv heeft hij ook niet. Op de tafel liggen allemaal takjes van ongeveer 10 tot 15cm lang schat ik. Een paar mooie balkjes hout met een ronde kant aan een van de zijkanten. Waarvan er al eentje al veel gaatjes heeft. Netjes op een rij. Wat gereedschap zoals een handboor, zo eentje met een draai-werkje er aan zodat je met de hand kunt boren zonder stroom te hoeven gebruiken. Naast hem op de grond ligt een stapeltje met andere takjes. Hiervan heeft hij de takjes gemaakt denk ik. Nu wordt ik ook weer nieuwsgierig wat hij nu aan het maken is. Het leuke is dat er hier toch altijd iets op tafel ligt waar hij mee bezig is. Maar vragen is vaak niet nodig, vertellen doet hij vanzelf. Dat is gewoon een kwestie van afwachten.
Even kijken we naar buiten, grijs bewolkt, het motregent ook nog. Zo eentje waar je helemaal nat van wordt zonder dat je het in de gaten hebt. En daar komt al weer de vraag of ik weet waar hij mee bezig is. Hij ziet meestal gelijk dat ik erg nieuwsgierig ben naar wat hij allemaal aan het doen is. Maar eerlijk gezegd heb ik geen idee. Zo verteld hij dat het vroeger normaal was om binnen dingen te doen waar je iets aan had. Zo leverde iedereen toch nog een bijdrage aan elkaar in de winter. Iedereen kon vaak wel iets, het land moest wachten, de oogst was vaak binnen en al gelijk gewekt. En dan, televisie had je nog niet. En elkaar aan zitten staren heeft toch ook niet veel zin. Dus probeerde je je tijd nuttig te besteden. Zo pakt hij nu het blokje hout en legt dit voor mij neer. De gaatjes naar boven wijzend, rolt deze om zodat deze naar mij toe wijzen. De kleine takjes legt hij er onder, behoedzaam en rustig legt hij deze steeds onder een gaatje. Gaatje naast gaatje zie ik daar ineens wat het word. Hij is een bezem aan het maken. Deze bezem word word voor de Moertjes gemaakt verteld hij snel. De Moertjes zijn mensen die aan het andere kant van het dorp wonen. En hun kunnen weer heel goed manden maken. Dat zijn manden voor de was en bijvoorbeeld voor het openhaardhout in te bewaren. Dat heeft hij al eens eerder verteld. Ik dacht dat dit toch al een paar maanden geleden was toen ik op zoek was naar een mand voor op de fiets van mijn vrouw. Die wil graag een bakkersmand op de fiets. De fietsen maker kan er niet eentje bestellen die de juiste maat heeft en stevig genoeg is.
Ik herinner mij in een flits dat ik daar nog eens langs zou gaan om te vragen. Maar ja, zomaar ergens binnen lopen om te vragen of hun een mand voor mij willen maken dat durfde ik ook niet zomaar. En daarbij als ik dan wat terug moet doen? Wat moet ik dan voor hun doen? Dit is toch allemaal echt ambacht en heb ik nooit iets van geleerd. Ik kom niet uit deze streek, woon daar net en dus leerde ik dit soort dingen helemaal niet. Zo zie ik toch steeds meer in dat het leven vroeger toch ook niet veel gemakkelijker is dan dat van nu al lijkt het wel eenvoudiger. We maakten gewoon steeds alles zelf. En zo was er toch wel altijd wat te doen.
De fluitketel begint te fluiten en dus tijd voor koffie. Even later staat er een verse dampende kop koffie voor ons. Ik krijg gelijk een bosje van de takjes in handen geschoven. Hij legt ook gelijk even uit hoe de stokjes bij elkaar gebonden moet gaan worden om zo met garen omwikkeld te worden. Eenmaal omwikkeld kan dit bundeltje ineens in een gaatje gestoken worden en door middel van een wigje vast geslagen worden. Geen lijm, helemaal niets. Het wigje zorgt ervoor dat het vastgeklemd wordt. Er zit nu al een bundel in en zo gedurende een half uur samen is het eerste blokje klaar. En word opzij gelegd. Tijd voor de volgende. Een tweede kop koffie en ook deze maken we samen. De man verteld ondertussen weer van die mooie verhalen die te maken hebben met het leven op de boerderij, hoe men dus vroeger zo elkaar kon helpen. Iedereen kon wel iets. Zo maakte de moertjes dus manden en hij de bezems in de winter.
Door Rik Verhagen